Scorpaenidae
Sommige soorten, zoals de koraalduivel, zijn zowel aantrekkelijk als gevaarlijk, en zeer gewild voor aquaria. Naast de naam schorpioenvis zijn er informele namen voor familieleden als vuurvis, kalkoenvis, draakvis en stingfish, meestal met toevoeging van bijvoeglijke naamwoorden.
Algemene kenmerken van de familieleden zijn een samengedrukt lichaam, ribbels en/of stekels op de kop, een of twee stekels op het operculum, en drie tot vijf stekels op het preopercle. De rugvin heeft 11 tot 17, vaak lange en van elkaar gescheiden stekels, en de borstvinnen zijn goed ontwikkeld, met 11 tot 25 stralen. De stekels van de rug-, anaal- en buikvinnen hebben allemaal gifklieren aan de basis.
De meeste soorten zijn bodembewoners die zich voeden met schaaldieren en kleinere vissen. Veel soorten leven in ondiep water, maar een paar leven zo diep als 2.200 m (7.200 ft). De meeste schorpioenvissen, zoals de steenvis, wachten vermomd tot een prooi hen passeert alvorens aan te vallen, terwijl koraalduivels hun prooi vaak in een hinderlaag lokken. Als ze niet in een hinderlaag lopen, drijven koraalduivels de vis, garnaal of krab in een hoek voordat ze hem doorslikken. Net als veel andere gevleugelde vissen zijn schorpioenvissen zuigvoeders die hun prooi vangen door snel een zuigveld te projecteren dat wordt opgewekt door de uitzetting van de mondholte van de vis.
De Scorpaenidae, die hun populatie te danken hebben aan de soorten die erin voorkomen, bestaan uit kleinere families. Dit zijn de Scorpaeninae (schorpioenvissen), Sebastinae (rotsvissen), en Pteroinae (leeuwenvissen of kalkoenvissen); deze laatste is degene waartoe de eerder genoemde koraalduivel behoort.
De systematiek van de Scorpaenidae is ingewikkeld en onoverzichtelijk. Fishes of the World erkent 10 subfamilies met een totaal van 388 soorten, terwijl (vanaf 2018) FishBase Eschmeyer volgt en drie subfamilies, 25 genera en 222 soorten kent.