Roofvissen
Roofvissen vertonen een breed scala aan interessante gedragingen, vooral tijdens het voeren. Het is mogelijk om je roofvissen te trainen in het accepteren van dood en bereid voedsel, maar dan mis je een groot deel van hun natuurlijke gedrag. Het trainen van roofvissen op dood voer kan echter soms om praktische redenen noodzakelijk zijn. Als u uw roofvissen traint op dood voer, is het nog steeds aan te bevelen ze af en toe een levende traktatie te geven.
Roofdvissoorten komen over de hele wereld voor en ze hebben zich aan verschillende omgevingen en niches aangepast. Roofvissen behoren tot een groot aantal verschillende families en de anatomie verschilt sterk tussen de soorten. Alle roofvissoorten hebben zich aangepast aan het leven als roofdier, maar deze aanpassingen kunnen zeer verschillend zijn. Een van de bekendste roofvissoorten, de Piranha, is uitgerust met scherpe tanden die geschikt zijn om stukken vlees los te snijden en van de prooi te scheuren. De verschillende Gar-vis soorten zullen in plaats daarvan naaldachtige tanden hebben die zeer geschikt zijn om een prooi vast te houden. Een roofmeerval zal relatief kleine tanden hebben, aangezien zij hun tanden niet gebruiken om vlees te verscheuren of een prooi te vangen en vast te houden. In plaats daarvan wordt de prooi krachtig in de bek van de roofmeerval gezogen wanneer de meerval inhaleert. Piranha’s, Gars en roofmeervallen zijn allemaal voorbeelden van roofvissoorten die met succes in aquaria gehouden kunnen worden.
Predatorvissen kunnen een vide scala van zintuigen gebruiken om een geschikte prooi te lokaliseren. Sommige roofvissoorten houden ervan met hun prooi te spelen en deze zorgvuldig te bestuderen voordat zij besluiten hem op te eten. Sommige soorten slokken hun prooi snel op en braken het later weer uit als ze ontdekten dat het niet geschikt was. Het kan moeilijk zijn uw roofvissen te leren dood voedsel te accepteren, omdat veel van de noodzakelijke prikkels die tot eten aanzetten, verdwenen zijn. Trillingen in het water zijn bijvoorbeeld erg belangrijk voor veel roofvissoorten en hun jachtinstinct wordt door bewegingen opgewekt. Ook geuren kunnen een belangrijke rol spelen, en de geur van dood voedsel zal eerder aasetende vissoorten aantrekken dan roofdieren. Het is echter niet onmogelijk om roofvissen te trainen in het accepteren van dood voedsel, aangezien veel roofvissoorten gelukkige eters zijn die bijna alles met plezier zullen verorberen. Jongere vissen zijn meestal gemakkelijker op nieuwe voedselsoorten te trainen dan oudere exemplaren.
Wanneer u uw roofvissoorten net heeft aangeschaft is het raadzaam om ze het type voer te blijven geven dat ze gewend zijn en ze enige tijd te geven om te acclimatiseren in hun nieuwe onderkomen voordat u hun dieet verandert. Een methode om roofvissen te trainen dood voer te accepteren is ze om de twee voederbeurten dood voer te geven. Dit kan echter resulteren in een mini-hongerstaking, waarbij de vissen slechts om de tweede portie voedsel accepteren. Het simuleren van bewegingen en trillingen kan het dode voer aantrekkelijker maken. Probeer te profiteren van sterke stromingen in het aquarium en laat het voer daardoor meegevoerd worden.