Onderwerpen
De rol van landbouw in de economische ontwikkeling van Kenia
Landbouw is de kunst en het vak van het bewerken van grond, het produceren van gewassen en het houden van vee. Volgens een rapport van de Wereldbank uit 2005 is ongeveer tweederde van de wereldbevolking hoofdzakelijk geconcentreerd in plattelandsgebieden, die overwegend op de landbouw zijn gericht. Om de armoede uit te roeien en de welvaart van de bevolking te verhogen, moet daarom meer aandacht worden besteed aan landbouwactiviteiten.
In Kenia is de landbouw van fundamenteel belang voor de economische ontwikkeling: hij draagt 35% bij aan het bruto binnenlands product (BBP) en is goed voor 40% van de exportopbrengsten.
Het is een sector die het industrialiseringskader vaststelt door; het leveren van grondstoffen voor industrieën, bijvoorbeeld hout voor de papierverwerkende industrie, huiden voor de lederverwerkende industrie.
Het genereert buitenlandse valuta door het exportproces van landbouwproducten. Het creëert een bron van werkgelegenheid voor de bevolking door middel van landbouw, zakelijke en onderzoeksactiviteiten, waardoor de levensstandaard van individuen wordt verhoogd.
De koopkracht van de bevolking wordt verbeterd door het genereren van inkomen, waardoor een markt voor industriële producten wordt gecreëerd.
De landbouw op zich is ook een markt voor industrieproducten zoals machines, apparatuur en meststoffen die in het landbouwproces worden gebruikt. Het bevordert en creëert diverse activiteiten buiten de landbouw, zoals transport, onderzoeksprogramma’s die zoeken naar betere en verbeterde methoden voor toepassing in landbouw en veeteelt, bijvoorbeeld Kenya Agricultural Institute (KARI).
Landbouw zorgt voor een constante voedselvoorziening en voedselzekerheid voor de bevolking, dit zorgt ervoor dat de beroepsbevolking gevoed wordt met energie om arbeidskrachten te leveren aan industrieën en andere economische sectoren.
Het bespaart het land ook geld dat liever zou zijn gebruikt voor het importeren van voedsel uit andere landen dit heeft weer een positief effect op de betalingsbalans van het land en er is een overschot aan geld om te investeren in andere gebieden van de economie zoals sociale overheadkosten; wegen, ziekenhuizen.
Voor alles draagt de landbouw bij tot een evenwicht tussen stad en platteland; door het scheppen van werkgelegenheid op het platteland wordt de trek van het platteland naar de stad ontmoedigd en dit draagt bij tot een betere inkomensverdeling en een evenwichtig gebruik van sociale voorzieningen. Door al deze multiplicatoreffecten wordt de landbouw beschouwd als een motor van economische groei en ontwikkeling.