Afvoer en bodem

De Yangtze baant zich een weg van het Sichuan-bekken door het Daba gebergte door de prachtige Drie Kloven-regio. Vóór de voltooiing van de Drieklovendam stroomopwaarts van Yichang, daalde de rivier daar snel af naar de Hubei-vlakte; de stroomafwaarts naar de vlakte wordt nu grotendeels beheerst, en een groot deel van het gebied van de kloven achter de dam is nu overstroomd. De bedding van de rivier bij Yichang ligt slechts 40 meter boven de zeespiegel en is 960 mijl (1.550 km) van de zee verwijderd. Vanaf dit punt neemt de snelheid af en wordt de bedding breder naarmate de rivier zich van west naar oost door de provincie slingert. Uiteindelijk baant zij zich een weg tussen de Mufu- en de Dabiebergen naar de provincies Anhui en Jiangxi. Daar versmalt de rivier weer tot een breedte van minder dan 0,5 mijl (0,8 km). In zijn loop door Hubei ontvangt de Yangtze het water van twee belangrijke zijrivieren, de Han en de Qing. Via het Dongting meer stroomt ook het water van Hunan. De Han, zelfs voor Chinese begrippen een aanzienlijke rivier, ontspringt in het Qin-gebergte en stroomt in de provincie Shaanxi over een afstand van ongeveer 320 km oostwaarts. Bij het binnenkomen van Hubei draait zij naar het zuiden in een veel bredere vallei, of uiterwaard, en verbreedt haar bedding, die varieert van een halve mijl tot een mijl in breedte over een groot deel van dit traject. Ongeveer 160 km van de samenvloeiing met de Yangtze in het Hankou (kou, “monding”) district van Wuhan, draait zij naar het oosten, baant zich een weg door een doolhof van meren, en in de laatste kilometers versmalt zij haar bedding tot slechts 230 meter – een factor die verantwoordelijk is voor veel overstromingen in de zomer.

De variatie in het regime van de Yangtze tussen zomer en winter is opvallend. Bij Hankou, waar de rivier bijna 1 mijl (1,6 km) breed is, is het gemiddelde verschil tussen zomer- en winterpeil 45 voet (14 meter). In de winter is de rivier traag, met veel ondiepten, en is zij tot Hankou alleen bevaarbaar met speciaal gebouwde rivierstoomboten met platte bodem. Vóór de voltooiing van de Drieklovendam veranderde de situatie drastisch door het begin van de lente- en zomerregens, en de rivier kwam naar beneden als een machtige overstroming. In tijden van uitzonderlijke overstromingen, zoals in 1931 en 1954, bereikt het debiet astronomische cijfers. Overstromingen van grote delen van het omringende laaggelegen land waren elke zomer normaal, wanneer rivier en meren samenvloeiden. De Venetiaanse reiziger Marco Polo, die het gebied in de 13e eeuw bezocht, meldde dat de rivier op sommige plaatsen meer dan 10 mijl (16 km) breed was; zijn verslag werd in diskrediet gebracht als een grove overdrijving, maar hij had de Yangtze in de zomer zien overstromen. De nieuwe dam heeft het aantal seizoensgebonden overstromingen sterk verminderd. In de zomer is Hankou een oceaanhaven die schepen van 10.000 tot 15.000 ton kan ontvangen. In deze periode zijn er echter gevaren voor de scheepvaart. Er moet zeer goed op worden gelet dat een schip niet van de ware loop van de rivier afwijkt en in ondieper water aan de grond loopt. Als dit gebeurt, moet het schip dringend weer vlot worden getrokken, omdat het peil van de rivier vrij snel kan dalen en het schip dan een jaar lang aan de grond kan blijven.

Hubei ligt in een neutrale bodemzone tussen de pedocals (gronden van dorre of halfdroge streken, verrijkt met kalk) van Noord-China en de pedalfers (gronden van vochtige streken, verrijkt met aluminiumoxide en ijzer) van het zuiden. De hooglanden bestaan hoofdzakelijk uit bruine bergaarde, de lager gelegen heuvellandschappen uit geelbruine aarde, en de laaglanden uit alluvium en rode aarde.