Diurnal range is het verschil tussen dag- en nachttemperaturen in de wijngaard; het verschil tussen de warmste temperatuur en de koelste.

Dit moet niet worden verward met de term ‘continentaliteit’, die betrekking heeft op het verschil tussen de warmste en de koelste maand in een groeiseizoen.

‘Dagelijkse temperatuurvariatie heeft grote gevolgen voor de kwaliteit, structuur en balans van wijn’, aldus Sarah Ahmed, regiovoorzitster voor Portugal bij de Decanter World Wine Awards (DWWA).

Een groot dagbereik kan druiven helpen om op een evenwichtiger manier te rijpen. Warmere dagtemperaturen helpen de suikerontwikkeling te bevorderen, maar koele nachten kunnen helpen om aroma’s, frisheid en zuurgraad te behouden.

Dit is een van de redenen waarom wijngaarden in warme klimaten toch frisse, aromatische wijnen kunnen produceren.

‘Versterkte wijnbouwregio’s van wereldklasse, bijvoorbeeld, zoals de Douro in Portugal of Rutherglen in Australië zijn ervan afhankelijk,’ zei Ahmed.

‘Hete, droge dagomstandigheden tijdens het groeiseizoen bouwen de hoge suikers op die hun hedonistische stijlen onderbouwen.

‘Koude nachten als gevolg van een continentaal klimaat helpen de wijnstokken zich te herstellen van de hitte van de dag en de druiven om een evenwichtige zuurgraad te behouden.’

Koelere nachtelijke omstandigheden kunnen het gevolg zijn van een landinwaartse ligging of een grote hoogte, zoals in het bergachtige terroir van de Douro.

‘Bijvoorbeeld, in maart en april in Rutherglen kan de temperatuur variëren van vijf graden Celsius ’s nachts tot 35 graden overdag,’ zei Ahmed.