Dwarsligament van de atlas
Het is van voren hol, van achteren bol, in het midden breder en dikker dan aan de uiteinden, en aan weerszijden stevig bevestigd aan een kleine knobbel op het mediale oppervlak van de laterale massa van de atlas.
Naarmate het het processus odontoideus kruist, wordt een kleine fasciculus (crus superius) naar boven verlengd, en een andere (crus inferius) naar beneden, vanuit de oppervlakkige of posterieure vezels van het ligament.
De eerste is bevestigd aan het basilair deel van het achterhoofdsbeen, in nauwe relatie met de membrana tectoria; de laatste is bevestigd aan het achterste oppervlak van het lichaam van de as; vandaar wordt het hele ligament het kruisband ligament van de atlas genoemd.
Het dwarsligament verdeelt de ring van de atlas in twee ongelijke delen: hiervan dient het achterste en grootste voor de overdracht van de medulla spinalis en zijn membranen en de accessoire zenuwen; het voorste en kleinere bevat het processus odontoideus.
De hals van het processus odontoideus is ingesnoerd waar hij posterieur omsloten wordt door het transversale ligament, zodat dit ligament volstaat om het processus odontoideus op zijn plaats te houden nadat alle andere ligamenten gesplitst zijn.